Penning, honderdjarig bestaan van de Fundaties van Renswoude, 1856

Penning op het honderdjarig bestaan van de Fundaties van Renswoude, 1856. Vz: Portret van Maria Duyst van Voorhout, vrijvrouwe van Renswoude. Omschrift: 'MARIA DUIJST VAN VOORHOUT, DOUAIRE. VAN REEDE VAN RENSWOUDE, GEB: 22 JAN: 1662; OVERL: 26 APRIL 1754'. Kz: Drie naakte jongelingen met de wapenschilden van Delft, Utrecht en Den Haag, rond een cartouche waarin het opschrift: 'OP / HET EERSTE / EEUWFEEST / DER FUNDATIEN / VAN RENSWOUDE / GEVIERD / TE UTRECHT / 23 MEI / 1856'. In de onderrrand de ontwerpersnaam: D. v.d. Kellen. Zilver, 6,9 cm, gewicht 128 gram. (Dirks 778). (Verkocht)

Maria Duyst van Voorhout, Vrijvrouwe van Renswoude (Delft 1662 - Utrecht 1754), bestemde op hoge leeftijd bijna haar hele vermogen voor de opleiding van weeskinderen. Bij haar overlijden in 1754 liet zij anderhalf miljoen gulden na aan de Burgerweeshuizen in Delft en Den Haag en aan het Stadsambachtskinderhuis in Utrecht. Elk kinderhuis bracht zijn deel van het kapitaal onder in een fundatie en wijdde zich op eigen manier aan de uitvoering van de opdracht van de Vrijvrouwe. Zo ontstonden na de dood van Maria van Duyst van Voorhout de drie 'Fundaties van Renswoude'.